Hoe profiteren meertalige leerlingen optimaal van lezen?
De meertalige leerling
Er zijn leerlingen die in Nederland zijn geboren en thuis een andere (streek)taal of dialect spreken dan het Nederlands. Andere leerlingen wonen nog maar kort in Nederland en zijn opgegroeid in een andere taal- en culturele context, waar ze soms wel en soms niet hebben leren lezen. Sommige leerlingen groeien op in een rijke taalomgeving en zijn vanaf de geboorte twee- of meertalig opgevoed. Meertalige leerlingen zijn dus geen homogene groep. Dit betekent dat het bij het ondersteunen van hen altijd gaat om maatwerk.
Er zijn meertalige leerlingen die het Nederlands goed beheersen en leerlingen die nog weinig taalaanbod hebben gehad in het Nederlands. Dit betekent niet dat die laatste groep een taalachterstand heeft. Ze spreken misschien nog weinig Nederlands, maar kunnen wel een rijke woordenschat en kennis in de thuistaal hebben. Meertalige leerlingen die opgroeien in een rijke (thuis)taalomgeving hebben een grotere kans om een goede leesvaardigheid te ontwikkelen in het Nederlands dan eentalige Nederlandstalige leerlingen die van huis uit weinig taalaanbod hebben gehad.
Breng in kaart welke taal of talen een leerling spreekt en kan lezen. Vraag dit aan de leerling of ouders/verzorgers, want je kunt de gesproken talen niet altijd raden op basis van de etnisch-culturele achtergrond of het land van herkomst. Zo weet je in welke talen je teksten en boeken kunt aanbieden en kun je leerlingen aan elkaar koppelen om samen te lezen en praten in een taal die ze allebei beheersen.
Een sterke basis in de thuistaal
Wanneer leerlingen een sterke basis hebben in hun thuistaal en de kans krijgen om deze taal te blijven ontwikkelen, zorgt dit voor een betere taal- en leesvaardigheid in het Nederlands. Wanneer je een nieuwe taal leert, hoef je de onderliggende concepten en kennis van de wereld niet opnieuw te leren. Je hoeft er alleen het ‘etiket’ van de nieuwe taal op te plakken. Er is niet alleen een positief verband tussen de leesvaardigheid in de thuistaal en schooltaal. Ook wanneer leerlingen niet in hun thuistaal kunnen lezen, maar wel een sterke spreekvaardigheid hebben, heeft dit een positieve invloed op de leesontwikkeling in het Nederlands.

Uitbreiding van kennis en woordenschat
Door te lezen breiden leerlingen hun kennis en woordenschat uit, ook de minder frequente woorden die vaker in geschreven teksten voorkomen. Dit geldt ook voor meertalige leerlingen. Je kiest hiervoor boeken en teksten die aansluiten bij hun interesses en belevingswereld. Wees je ervan bewust dat leerlingen die voornamelijk opgegroeid zijn in een andere cultuur, niet of minder bekend zijn met ‘Nederlandse’ algemene kennis, zoals de watersnoodramp of sinterklaassurprises. Maak het lezen betekenisvol door ook teksten aan te bieden die vanuit andere culturen en perspectieven bijdragen aan een bepaald thema. Dit kunnen (vertaalde) boeken in het Nederlands zijn en boeken in de thuistalen van leerlingen of vertalingen in hun thuistaal van Nederlandse teksten. Hiermee maak je het leesonderwijs inclusief en geef je leerlingen de kans om vanuit de eigen kennis en culturele achtergrond deel te nemen aan de les. Bovendien is lezen in de voorkeurstaal goed voor de leesmotivatie.
Thuistalen gebruiken bij het lezen
Laten zien dat je de thuistalen van leerlingen waardeert en erkent, is belangrijk voor het zelfvertrouwen en identiteitsvorming van meertalige leerlingen. In een veilig leerklimaat waar elke leerling zich gezien en gewaardeerd voelt, komen leerlingen beter tot leren. Eentalige leerlingen profiteren ook van een open houding voor elkaars thuistalen en culturen.
Leerlingen die hun thuistaal kunnen gebruiken bij het lezen, hebben toegang tot de kennis die ze al in die taal verworven hebben. Je kunt de thuistaal inzetten door leerlingen eerst een (luister)boek of tekst in de thuistaal te laten lezen en dan dezelfde tekst in het Nederlands. Sommige oorspronkelijk Nederlandstalige boeken zijn beschikbaar in verschillende talen. Op deze manier kan elke leerling hetzelfde boek lezen, maar wel in de eigen taal.