Wat is het verschil tussen intrinsieke en extrinsieke motivatie?
Redenen om te lezen
Bij intrinsieke motivatie lees je omdat je dat zelf graag wil. Denk bijvoorbeeld aan een leerling die leest om op te gaan in een verhaal of om van alles te weten te komen over een specifiek onderwerp. De leerling vindt lezen dan vanuit zichzelf plezierig of interessant.

Bij extrinsieke motivatie leest een leerling alleen omdat de leraar dit verlangt of om een goed cijfer te halen. Lezen gebeurt in dit geval niet vanuit een zelfgekozen leesdoel, maar is een manier om een ander doel te behalen, zoals sociale erkenning of goede schoolprestaties.
Intrinsieke motivatie heeft een positieve invloed op leesgedrag en -vaardigheid. Voor extrinsieke motivatie geldt dit meestal niet of nauwelijks. Maar let wel: sommige extrinsieke drijfveren zijn constructiever dan andere. Leest een leerling veel omdat zij zelf waarde hecht aan goed meekomen op school? Dan werkt dat effectiever als extrinsieke motivatie dan wanneer die leerling leest omdat een ander dat van hen eist. In het eerste geval is lezen een onderdeel van het eigen waardepatroon (leren is belangrijk). In het laatste geval voelt de leerling zich waarschijnlijk onder druk gezet (gecontroleerd). Hoe meer zelfgestuurd de motivatie is (autonoom), hoe meer die aanzet tot lezen.